zondag 26 oktober 2008

"Groene technologie wordt winnaar kredietcrisis"

De VS staan voor een nieuwe golf van investeringen in zonne- en windenergie, energiebesparende maatregelen en andere schone technologieën. In het reddingsplan voor de Amerikaanse financiële wereld is daarvoor minstens 18 miljard dollar opzijgezet, en de veelbelovende industrietakken zouden ook wel eens minder last kunnen ondervinden dan andere sectoren om schaarse investeringsmiddelen aan te trekken.De voorbije jaren zijn er in de VS al miljarden dollars geïnvesteerd in groene technologieën. Zowat alle gespecialiseerde investeringsmakelaars en instellingen willen het komende jaar nieuwe investeringskansen bekend maken. Dat blijkt uit een nieuw onderzoek van het Social Investment Forum (SIF), een vereniging van ongeveer 500 investeringsmakelaars met oog voor het milieu en voor sociale problemen.
18 miljard dollar "Het financiële reddingsplan is een echte opsteker voor de groene economie", zegt Jack Robinson, de voorzitter van de Winslow Management Company in Boston en een expert in groene investeringen. Om het Amerikaanse parlement te overhalen het licht op groen te zetten voor de massale reddingsactie voor de banken, werden er voor 150 miljard dollar belastingvoordelen voor consumenten aan verbonden. Van dat bedrag gaat minstens 18 miljard dollar naar belastingaftrek en langetermijnfinanciering voor investeringen in hernieuwbare energie.Zekere steun "Vroeger kon je er nooit zeker van zijn hoe lang de overheid hernieuwbare energie zou blijven steunen. Nu ligt die steun voor acht jaar vast." Robinson geeft toe dat ook bedrijven in de sector van groene technologie het nu moeilijk hebben om aan krediet te komen. Maar vroeger had ze het moeilijker dan andere bedrijven, en dat lijkt nu voorbij. Groene bedrijven zullen bijvoorbeeld zo goed als zeker profiteren van de afkondiging van uitstootnormen voor broeikasgassen en de lancering van een emissiehandelssysteem in de VS. Dat wordt ten laatste tegen 2010 verwacht. "De kost van fossiele brandstoffen zal eindelijk de milieukost beginnen te weerspiegelen", zegt Adam Seitchik van Green Century Balanced Fund en Trillium Asset Management in Boston. "Ondanks de kredietcrisis is het concept schone energie zo sterk dat bedrijven er wel financiering voor zullen vinden."EconcernToch zijn vooraanstaande investeerders in ‘clean tech’ optimistisch. ‘Er is geld voor onze projecten en dat blijft er’, zegt Ad van Wijk, directeur van Econcern, Nederlands grootste investeerder in duurzame energie. ‘Het mooie van deze sector is dat je vrij zeker bent van je inkomsten. Investeer je in een windpark, dan weet je wat de cash flow zal zijn. Daarom worden wij in het algemeen gezien als een veilige haven.’
Helemaal ongemerkt gaat de crisis volgens Van Wijk niet voorbij. ‘Wat je wel ziet, is dat banken er langer over doen om geld te lenen en dat het wat duurder wordt. Ik verwacht een vertraging van de groei. Let wel: dat was zo’n 40 procent per jaar.’
‘De crisis raakt de cleantech venture capital sector niet direct’, zegt Bram Ledeboer, die bij Rabo Ventures investeert in jonge cleantech-bedrijven in Europa en Noord-Amerika. ‘De olieprijs is met 70 dollar nog steeds hoog. Bovendien blijft slim omgaan met energie interessant want het bespaart kosten.’
Triodos BankOok de ‘groene’ Triodos Bank zegt als gevolg van de crisis slechts een kleine groeivertraging te zien, van tijdelijke aard. Directeur Matthijs Bierman: ‘De crisis gaat voorbij, de ecologische crisis niet. Die olieprijs daalt nu, maar binnen afzienbare tijd staat die weer boven de 100 dollar. Zonne-energie is nog altijd geweldig in opkomst.’
Dat Triodos geen gewone bank is, daar is Bierman nu heel blij mee. ‘We zijn geheel gefinancierd met spaargeld. Dat komt harder binnen dan ooit.’ De financier van grote wind- en zonne-energieprojecten, hoeft daarom zijn hand niet bij andere banken op te houden. En dat is met de zo goed als bevroren kredietmarkt een grote luxe.
Bron: Het Belang van Limburg & DePers

Snelle groei zonne-energie zorgt voor nieuwe marktleiders

De groei van fotovoltaische producten in alle hoeken van de wereld heeft volgens Nomura Securities gezorgd voor een complete herschikking van de tien grootste organisaties in de sector. Oude Japanse marktleiders verdwenen uit de top, al wisten vier Aziatische producenten zich te handhaven in de top 10. Het snelgroeiende Q-Cells AG uit Duitsland groeide in 2007 uit tot de grootste zonnecelproducent van de wereld, met een productie van bijna 400 Megawatt (MW). Het grootste bedrijf van de afgelopen jaren, Sharp, zag de productie dalen tot ongeveer 370 MW. Sharp gaf hiervoor de schuld aan de beschikbaarheid van silicium. Suntech kwam dichtbij de leiders met meer dan 300 MW aan geproduceerde capaciteit en verdreef Kyocera en haar 200 MW naar een verre vierde plek. Vier nieuwe organisaties denderden de top 10 binnen. CdTe-cellenproducent First Solar kwam binnen op de vijfde plek, de enige organisatie uit de Verenigde Staten en de enige producent van dunne film in de list. Aziatische spelers Motech Industries (Taiwan), Yingli Green Energy (China), and JA Solar Holdings (China/Australia) completteerden de lijst en duwden daarmee langgedienden zoals Mitsubishi Electric, Schott AG en BP Solar uit de top 10. Nomura merkte tevens op dat het marktaandeel van de Japanse organisaties van 50% een paar jaar geleden gedaald is tot 20% en dat dit makkelijk zou kunnen dalen tot 15% als de rest van de wereld zo snel de productie van zonnecellen blijft verhogen. De Japanse producenten zijn echter niet van plan stil te blijven zitten en willen de productiecapaciteit ook flink verhogen (Sharp en Showa Shell Solar KK op Gigawatt schaal) en daarnaast te mikken op nieuwe technologien waarvan ze zeggen dat deze de efficientie flink zullen verhogen. "De volgende twee jaar zal de winnaars aanwijzen," aldus Michio Kondo van het AIST Research Center for Photovoltaics. "De latere toetreders zullen niet meer in staat zijn de achterstand in schaalvoordelen en onderzoek in technologie in kunnen halen. Over een jaar is het te laat." De strategie van Sharp om volgend jaar weer de grootste te zijn is een grote stap voorwaarts in zowel productiecapaciteit van kristalline en in dunne film cellen. Daarnaast wil de organisatie een expansie in de hele waardeketen van de zonnecel, om zodoende de delen die het meeste waarde toevoegen binnen de organisatie te houden. Volgens Tetsuro Muramatsu, hoofd van Sharps zonnesystemen groep, plant Sharp een capaciteit van 1 Gigawatt voor kristalline cellen en nog eens 1 Gigawatt voor dunne film cellen in 2010. Schaalvoordelen moeten zorgen voor kostenreductie, waardoor zonnecellen dan nog maar $0.21 per kWh zullen kosten.
Een andere organisatie die zo snel mogelijk de 1 GW mijlpaal wil behalen is Showa Shell Solar, ook al maakt het bedrijf op dit moment nog maar 20 MW per jaar (CIS dunne film cellen). Een tweede fabriek zal de toale capaciteit volgend jaar naar 60 MW brengen en een veel grotere fabriek moet de productie vergroten naar 1 GW in 2011. Daarnaast zal de efficientie met ongeveer 10 tot 12% toenemen. Volgens planningdirecteur Yuichi Kuroda zullen de schaalvoordelen lagere productiekosten en fabriekskosten met zich meebrengen. "Onze concurrenten gaan ook richting de 1 GW fabrieken en als we niet sneller zijn dan verliezen de we race." Showa Shell heeft tot nu toe kunnen vertrouwen op materiaal dat het zelf heeft ontworpen, maar om de ontwikkeling te versnellen en betere efficientie te bereiken heeft het de handen ineen geslagen en is een samenwerkingsverband aangegaan met Ulvac. Organisaties die meehelpen aan de snelle groei in capaciteit zijn nieuwe spelers die nieuwe productielijnen kopen van Applied Materials, Oerlikon Balzers of Ulvac. Applied meldde in juni dat het contracten had lopen voor 1.7 GW aan capaciteit van in totaal 10 verschillende klanten. Yoshio Sunaga, Sr. Managing Direcotr van Ulvac zei dat de organisatie orders heeft liggen voor 217,5 MW van NexPower Technology, Sunner Solar, China Solar Power en nog een Chinese en een Koreaanse klant, die samen uitbreidingen van ongeveer 650 MW gepland hebben. Ulvac is bezig uit te breiden richting Europa, India en het Midden-Oosten. Sunaga zegt dat Ulvac genoeg capaciteit heeft om 600 MW/year aan machines te produceren in haar fabriek in Tohoku.
De vraag is echter hoe een organisatie zich op de lange termijn kan onderscheiden van zijn concurrenten als het dezelfde machines en productielijn gebruikt om de zonnecellen te produceren. Bestuursvoorzitter Semi Wang zei tegen Nikkei Microdevices dat zijn bedrijf van plan was om zelf de productielijnen te optimaliseren en zo in de kosten te snijden. Kaneka's Mikio Hatta (Managing Executive Officer) vraagt zich af hoe producenten die cellen met 6 a 7% rendement kunnen concurreren met de efficientie van 10 tot 11% die van de eigen zonnecellijn komen rollen.
Andere grote spelers zoals Sanyo Electric, Kyocera, Mitsubishi Electric, Kaneka en Mitsubishi Heavy Industries hebben een voorzichtigere expansiestrategie. Zij zijn van plan eerst betere technologie te ontwerpen alvorens de productielijn drastisch uit te breiden en vertrouwen voorlopig op de specialiteiten die ze zelf hebben ontwikkeld.
Kyocera en Mitsubishi Electric willen uitbreiden naar ongeveer 500 MW per jaar voor kristalline zonnecellen in 2010-2012. Ze merken hierbij op dat ze voornamelijk worden tegengehouden door de hoeveelheid silicium die ze kunnen verkrijgen in die periode. Beide organisaties zeggen dat ze geen plannen hebben om dunne film productie op te sarten in de nabije toekomst, maar beiden zijn wel bezig met onderzoek in deze hoek. Ze mikken op betere rendementen voor x-Si technologien. "Als weer goedkope silicium beschikbaar komt, en nieuwe technologien zijn klaar voor de markt....2010 en 2011 zullen cruciale jaren zijn," aldus Kuroda van Showa Shell Solar. "Organisaties die daar de slag missen zullen de aansluiting met de concurrentie ook verliezen."
Bron: RenewableEnergyAccess

Zonneverf op staal binnen drie jaar mogelijk



maandag 27 oktober 2008
Over drie jaar zouden stalen gebouwen bedekt met zonneverf een groot gedeelte van de bevolking van zonne-energie kunnen voorzien. Een commerciele samenwerking tussen onderzoekers in het Verenigd Koninkrijk en de staalindustrie willen een nieuwe fotovoltaische fabriek maken om dit mogelijk te maken. Er zijn plannen een laboratorium te bouwen in het noorden van Wales dat de fotosynthese van planten nabootst. De bouw begint eind deze maand."Als de zonnecelverf succesvol op de markt kan worden gezet, kan dit grote veranderingen brengen in de productie van elektriciteit," aldus Steve Fisher van de Corus Group, het Engels-Nederlandse staalbedrijf dat volgens berichtgeving tientallen miljoenen euro's in het nieuwe bedrijf pompt. De zonneverf is gemaakt van een verflaag en een laag van elektrolyten en kan worden opgebracht als een soort van vloeibare pasta. In totaal krijgt het staal vier lagen zonneverf: een grondlaag, een laag met zonnecellen, een laag met elektrolyten of titaniumdioxide als witte verf en als buitenste laag een beschermingslaag. De pasta wordt op het staal aangebracht tijdens het productieproces. Hierdoor worden de vier lagen van het zonnecelsysteem snel achter elkaar opgebracht.
Corus Colours produceert ongeveer 100 miljoen vierkante meter aan stalen platen per jaar. Als de totale productiecapaciteit van staal een likje zonneverf zou krijgen, zou dit bij een efficiency van ongeveer 11 procent een opbrengst van 9.000 gigawatt (GW) aan elektriciteit betekenen. Omdat de fotovoltaische verf geen beperkingen kent die de silicium zonnecellen wel hebben zou de zonneverf in de toekomst (in theorie) grote hoeveelheden energie op kunnen wekken tegen lage kosten. De nieuwe zonnecellen hebben ook het voordeel dat ze licht op kunnen nemen uit het hele zichtbare spectrum. Dit betekent dat ze op lage lichtsterkte en radiatie efficienter kunnen werken dan conventionele zonnecellen en dit is erg geschikt voor landen als Engeland en Nederland, waar het vaak bewolkt is of regent.Stephen Fisher legde uit dat Corus de fotovoltiashce fabriek mede ontwikkelt als onderdeel van haar groene beleid om CO2-uitstoot te beperken. "Alhoewel de CO2-emissies per ton staal ongeveer 50% lager zijn dan 40 jaar geleden heeft de staalindsutrie nog steeds een van de grootste uitstoten in de wereld. We investeren significante bedragen om elk jaar onze impact op het milieu kleiner te maken en onze performance boven de mimumstandaarden van de industrie te houden". Onderzoekers aan het PV Accelerator Laboratory willen een methode ontwikkelen waarmee ze ongeveer 30 tot 40 meter staal per seconden kunnen schilderen. Swansea University leidt het onderzoek samen met het Imperial College in Londen en Bangor en Bath University. Bron: Renewable Energy Acces