vrijdag 14 november 2008

Spaarlamen in opkomst

De gloeilamp dooft binnen afzienbare tijd uit, als het aan minister Cramer en de EU ligt. Niet getreurd; de spaarlamp is milieuvriendelijker en op termijn goedkoper. Tussen de oren van de consument blijven echter hardnekkige vooroordelen rondzingen. Jammer, vinden ze bij Philips. Want een dubbelgevouwen tl buis is de spaarlamp allang niet meer.
Dat de spaarlamp beter is voor het milieu weet bijna iedereen. Dat hij zichzelf terugverdient ook. Maar een gezéllige spaarlamp is stiekem nog steeds een contradictio in terminis. Hij verspreidt tl licht en dat is hard, kil en allesonthullend, is de heersende opinie. Een slaapkamer verandert in een ziekenzaal, voedsel lijkt verlept en mensen zien eruit alsof ze een week niet hebben geslapen. Bij wijze van spreken. Bovendien is ie duur in aanschaf. Een standaardgloeilamp kost 80 cent, een spaarzame variant zomaar 4 à 5 euro.
Dus hangen er in Nederlandse huishoudens nog altijd significant meer gloeilampen dan spaarlampen. Volgens Milieu Centraal telt een woning doorgaans een kleine veertig lichtbronnen. Vijfentwintig gloeilampen, vier tl lampen, zeven halogeenlampen en vier spaarlampen.
Vier stuks. En dat terwijl verlichting toch een aardige kostenpost is op de energierekening. Een zesde deel van het jaarlijkse verbruik –zo’n 3402 kWh volgens Milieu Centraal– gaat op aan licht. Door één gloeilamp te vervangen door één spaarlamp bespaart een huishouden al 10 euro per jaar. En toch hangen er maar vier.
JampotDat is weinig, beseft ook Philips. De Eindhovense verlichtingsfabrikant doet er alles aan bij de consument eindelijk een spaarlampje te laten branden, een knus spaarlampje welteverstaan. Want het is Philips er vooral om te doen mensen ervan te overtuigen dat een spaarlamp wel degelijk warm licht kan verspreiden.
„De grote, lelijke jampot is verleden tijd”, zegt Morven Mackinnon van Philips Nederland. „We hebben inmiddels een uitgebreid aanbod aan spaarlampen.” Een kijkje op de site van Philips bevestigt dat. De keuze is ruim en veel soorten zijn ook nog eens dimbaar en verkrijgbaar in diverse kleuren en wattages. Ze verspreiden allang niet meer het blauwwitte licht van twintig jaar geleden, aldus Mackinnon. „Er is gewoon geen reden om niet te kiezen voor energiezuinig licht.”
Die optimistische constatering brengt vooralsnog echter geen verlichte omwenteling teweeg en daarom promoot de Eindhovense lichtfabrikant de spaarlamp deze maand actief via onder andere tv spots. Onlangs verving Philips demonstratief alle lampen in de voormalige Tweede Kamer door spaarlampen, in de hoop daarmee een soort kuddegedragreactie op te roepen – en uiteraard zichzelf weer even op de kaart te zetten.
Andere ordeBij winkelketen de Lampenier herkennen ze het wantrouwen bij de consument. „Voor veel mensen is de prijs het struikelblok”, verklaart woordvoerder Manon Otten. „Als je niet precies op de hoogte bent van de voordelen van een spaarlamp en als daarnaast de aanschafwaarde ook nog eens fors hoger is, kies je toch snel voor een gloeilamp.”
Volgens Otten is het argument dat de lamp niet gezellig zou zijn „absoluut niet steekhoudend.” Wel erkent ze dat het licht van de spaarzame bollen er toch wel anders uitziet. „Maar je kunt een spaarlamp helemaal niet met een gloeilamp vergelijken. Dat zijn een appel en een peer. Spaarlamplicht is van een andere orde en dat blijft het. Maar dat het niet gezellig is, is gewoon niet waar. Het is een kwestie van wennen.”
Dat begrip begint langzaam door te dringen bij het winkelend publiek, aldus de woordvoerster. Exacte cijfers heeft ze niet, maar Otten signaleert een duidelijke toename van spaarlampkopers. „Onze inkoopafdeling hoeft steeds minder gloeilampen aan te schaffen.” Meer spaarlampen in de schappen en verkopers die rekenvoorbeelden paraat hebben, dragen daaraan bij.
AntidumpheffingEr leek sprake van te zijn dat spaarlampen binnenkort minder zouden gaan kosten. Op de lampen zat een zogenoemde antidumpingheffing, in 2000 ingesteld om Europese fabrikanten te beschermen tegen import van goedkope Aziatische lampen. Die heffing maakte soms wel zo’n 66 procent van de productieprijs uit. De antidumpingheffing verdween in oktober, omdat Europese fabrikanten zelf hun productie verplaatsten naar China. Dat zou tot een daling van de prijs moeten leiden, maar de dure dollar en de hoge grondstofprijzen gooien roet in het eten.
Intussen gloeit de klassieke peer ook nog steeds, en dat is een doorn in het oog van minister Cramer, die het bolletje al in mei 2007 wilde verbieden. De EU noemde in oktober het jaartal 2010 als ingangsdatum voor een gloeilampverbod, maar het is de vraag of dat gaat lukken. „Waarschijnlijk wordt hij op zeer korte termijn in Europa uitgefaseerd”, wist Cramer onlangs te melden. Maar van zo’n uitspraak valt weinig concreets te maken.
Volgens Mackinnon valt rond 2015 het doek. De productie bij Philips is nog niet stopgezet, maar aan marketing en promotie doet het bedrijf niets meer. „Er is overleg met de EU wanneer het beste tijdstip is om definitief te stoppen. De hele verlichtingsindustrie moet mee, fabrieken moeten worden omgebouwd, er moeten genoeg spaarlampen zijn om aan de vraag te kunnen voldoen. Dat vergt veel voorbereiding.”
Een spaarlamp is gezellig, aldus Philips. Een kleine proef op de som met enkele (nieuwe) modellen - met daarbij de aantekening dat gezelligheid natuurlijk een nogal subjectief begrip is. Bovendien kan een lamp die een voor de huiskamer onverdraaglijk schijnsel verspreidt, prima dienstdoen in gang of hal of kelder.
Warmwit
Softone Mini, Philips
Bespaart 80 procent, gaat acht jaar mee. Verspreidt zacht, warmwit licht aldus Philips. Mooi compact modelletje, met het uiterlijk zit het wel goed. Het licht is redelijk, warmwit is geen overdreven uitspraak. Weliswaar met een ietwat onnatuurlijke zweem, maar toch. Kil blauw licht verspreidt-ie zeker niet. Gezellig in de huiskamer? Het hangt erom. Sfeergevoelige mensen zullen spijtig het hoofd schudden.
Sparsam
Sparsam 7W, IKEA
Philips mag dan marktleider zijn, er bestaan ook nog andere spaarlampproducenten. Bij woongigant IKEA ligt bijvoorbeeld de Sparsam prominent in de schappen. Leuke naam, lekker licht bolletje met een aardig uiterlijk, al is-ie niet mooi genoeg om naakt aan een draad te bungelen. De prijs valt mee: 6,99 per twee stuks. Het licht van de Sparsam is niet slecht, maar om nou te zeggen knus? Helaas, de Sparsam heeft het nog niet zo op gezelligheid. Voor in de kelder, het kantoor of de keuken is hij wel een prima optie.
Oranje boven
Softone Terracotta, Philips
Spaarlamp met licht oranjekleurige bol (zie hoofdfoto boven). Geen echte beauty, maar ware schoonheid zit van binnen. De lamp verspreidt eigenlijk een heel prima schijnsel, waaronder je in een luie stoel knus de krant kunt spellen. Dat hij soms even weigert, wordt hem vergeven. Goede keus voor gezelligheidsdieren met hart voor de zaak. De lichtsterkte is vergelijkbaar met die van een gloeilamp van 60W. Ook verkrijgbaar in de ’kleuren’ flame, cool white, koel daglicht en warm wit.
Design
');
//-->

EcoClassic50, Philips
Geen spaarlamp in de klassieke zin des woords; deze lamp met zijn bol van kristalhelder glas lijkt sprekend op een gloeilamp van het eerste uur. Het ontwerp won (net als de Softone Mini overigens) de prestigieuze iF design award - en terecht. Een lampenkap rond een EcoClassic50 zou ongepast zijn. De peer verspreidt halogeenlicht en bespaart 50 procent, da’s minder dan een spaarlamp, maar meer dan een gewone halogeenlamp. Daarvoor krijgt de gebruiker ook nog eens een wel heel mooi vormgegeven peer terug, die -tja, alle promotie van spaarlamplicht ten spijt- absoluut natuurlijk aandoend licht verspreidt. En dat is toch best belangrijk.
LedinoDat Philips op dit moment de spaarlamp zo promoot, is op zijn minst opvallend. De lamp is een zinnig alternatief voor de gloeilamp, maar ontwerpers zijn al veel verder en houden zich vooral bezig met het ontwikkelen van ledverlichting. Een ledlamp wordt niet warm en verliest dus geen energie. Bovendien heeft ie om dezelfde hoeveelheid licht te verspreiden als een gloei , spaar of halogeenlamp, vaak maar een paar watt nodig. Nóg zuiniger en milieuvriendelijker dus. Probleem is de fikse aanschafprijs en het feit dat ledlampen niet in bestaande fittingen en armaturen passen.
Eind deze maand is de Ledino te koop, een ledverlichtingsarmatuur voor consumenten. Het ranke ontwerp integreert lichtbron en lamp. Aardig, maar daarmee is er nog geen oplossing voor bestaande fittingen. In 2009 verschijnt de Philips Master led, een traditioneel vormgegeven bol die in een normale fitting past. De lichtbron gaat maar liefst een euro of 30 kosten. Bovendien kan de lamp niet gedimd worden en ook de kleur is nog niet regelbaar. „Voor consumenten staat de ontwikkeling nog net iets te veel in de kinderschoenen”, aldus Morven Mackinnon van Philips Nederland.
Stemmige kleurenNiet dat consumenten helemaal geen gebruik kunnen maken van ledverlichting in hun huis. De LivingColors is al een tijdje op de markt, twee jaar om precies te zijn. Deze opvallende lamp kan een heel scala aan kleuren verspreiden, behalve wit. Wie vooral rustig wil zitten in zijn huiskamer, stelt ’m in op blauw licht, voor bijvoorbeeld een romantisch dinertje kan ie op rood. Inmiddels is ook een variant in miniformaat verkrijgbaar, een kek, aantrekkelijk lampje met een doorsnede van zo’n 15 centimeter. Het ding kan 256 kleuren produceren, in de praktijk zijn echter niet alle nuances zo zichtbaar. De lamp is niet krachtig genoeg om een hele wand te verlichten, laat staan een kamer. Daarbij komt dat de LivingColors in al zijn compactheid toch nog 100 euro kost. Toch een beetje te veel van het goede.
OledPas écht futuristisch is de zogenoemde oledverlichting. „Het principe daarvan is dat er geen sprake meer is van afzonderlijke lichtpunten. Je kunt met oled bijvoorbeeld een hele wand licht laten uitstralen, het is eigenlijk flexibel licht”, aldus Mackinnon. Voorlopig zijn oleds nog te kwetsbaar voor gebruik in huishoudens, de techniek is nog volop in ontwikkeling. Zeker is dat met de komst van led en oled een nieuw tijdperk in verlichtingsland is aangebroken.
„Kwartiertje luchten”Een spaarlamp gaat jaren mee, maar als hij het eenmaal begeeft, is hij klein chemisch afval, want hij bevat kwik. Hoe meer spaarlampen, hoe meer kwik. Ontstaat er dan niet een klein chemisch spaarlampafvaloverschot?
Hans van Dijk van Milieu Centraal: „Kwik is gevaarlijk, dat staat vast. Het tegenstrijdige is dat spaarlampen juist van kwik zo zuinig worden. Gemiddeld zit er zo’n 4 milligram kwik in een lamp. Als kapotte lampen netjes worden weggebracht, naar de chemokar bijvoorbeeld, is er niet zo veel aan de hand. Al die lampen worden verwerkt in Duitsland en België en voor het overgrote deel kunnen onderdelen opnieuw gebruikt worden. Alle verwerking gebeurt gecontroleerd. Het schadelijke effect is dus klein.”
Het is volgens Van Dijk zelfs zo dat een spaarlamp uiteindelijk minder kwik verbruikt dan een gloeilamp. „Dat zit zo. Elektriciteit wordt onder andere opgewekt door kolencentrales. En een kolencentrale levert kwik op. Hoe dat technisch precies zit, is een lang verhaal, maar in elk geval komt er kwik vrij. Een gloeilamp verbruikt vier tot vijf keer zo veel energie als een spaarlamp, dus verbruikt een gloeilamp relatief meer kwik, al is daar niets van te zien.”
Wat te doen als een spaarlamp kapot valt? Kwikdamp is giftig. Volgens Van Dijk is dat „geen probleem.” „Wel even een kwartier goed luchten, zodat de damp weg kan. De overblijfselen kun je met een papiertje –niet met een doekje– opvegen en in een plastic zak naar het klein chemisch afval brengen.”

zondag 26 oktober 2008

"Groene technologie wordt winnaar kredietcrisis"

De VS staan voor een nieuwe golf van investeringen in zonne- en windenergie, energiebesparende maatregelen en andere schone technologieën. In het reddingsplan voor de Amerikaanse financiële wereld is daarvoor minstens 18 miljard dollar opzijgezet, en de veelbelovende industrietakken zouden ook wel eens minder last kunnen ondervinden dan andere sectoren om schaarse investeringsmiddelen aan te trekken.De voorbije jaren zijn er in de VS al miljarden dollars geïnvesteerd in groene technologieën. Zowat alle gespecialiseerde investeringsmakelaars en instellingen willen het komende jaar nieuwe investeringskansen bekend maken. Dat blijkt uit een nieuw onderzoek van het Social Investment Forum (SIF), een vereniging van ongeveer 500 investeringsmakelaars met oog voor het milieu en voor sociale problemen.
18 miljard dollar "Het financiële reddingsplan is een echte opsteker voor de groene economie", zegt Jack Robinson, de voorzitter van de Winslow Management Company in Boston en een expert in groene investeringen. Om het Amerikaanse parlement te overhalen het licht op groen te zetten voor de massale reddingsactie voor de banken, werden er voor 150 miljard dollar belastingvoordelen voor consumenten aan verbonden. Van dat bedrag gaat minstens 18 miljard dollar naar belastingaftrek en langetermijnfinanciering voor investeringen in hernieuwbare energie.Zekere steun "Vroeger kon je er nooit zeker van zijn hoe lang de overheid hernieuwbare energie zou blijven steunen. Nu ligt die steun voor acht jaar vast." Robinson geeft toe dat ook bedrijven in de sector van groene technologie het nu moeilijk hebben om aan krediet te komen. Maar vroeger had ze het moeilijker dan andere bedrijven, en dat lijkt nu voorbij. Groene bedrijven zullen bijvoorbeeld zo goed als zeker profiteren van de afkondiging van uitstootnormen voor broeikasgassen en de lancering van een emissiehandelssysteem in de VS. Dat wordt ten laatste tegen 2010 verwacht. "De kost van fossiele brandstoffen zal eindelijk de milieukost beginnen te weerspiegelen", zegt Adam Seitchik van Green Century Balanced Fund en Trillium Asset Management in Boston. "Ondanks de kredietcrisis is het concept schone energie zo sterk dat bedrijven er wel financiering voor zullen vinden."EconcernToch zijn vooraanstaande investeerders in ‘clean tech’ optimistisch. ‘Er is geld voor onze projecten en dat blijft er’, zegt Ad van Wijk, directeur van Econcern, Nederlands grootste investeerder in duurzame energie. ‘Het mooie van deze sector is dat je vrij zeker bent van je inkomsten. Investeer je in een windpark, dan weet je wat de cash flow zal zijn. Daarom worden wij in het algemeen gezien als een veilige haven.’
Helemaal ongemerkt gaat de crisis volgens Van Wijk niet voorbij. ‘Wat je wel ziet, is dat banken er langer over doen om geld te lenen en dat het wat duurder wordt. Ik verwacht een vertraging van de groei. Let wel: dat was zo’n 40 procent per jaar.’
‘De crisis raakt de cleantech venture capital sector niet direct’, zegt Bram Ledeboer, die bij Rabo Ventures investeert in jonge cleantech-bedrijven in Europa en Noord-Amerika. ‘De olieprijs is met 70 dollar nog steeds hoog. Bovendien blijft slim omgaan met energie interessant want het bespaart kosten.’
Triodos BankOok de ‘groene’ Triodos Bank zegt als gevolg van de crisis slechts een kleine groeivertraging te zien, van tijdelijke aard. Directeur Matthijs Bierman: ‘De crisis gaat voorbij, de ecologische crisis niet. Die olieprijs daalt nu, maar binnen afzienbare tijd staat die weer boven de 100 dollar. Zonne-energie is nog altijd geweldig in opkomst.’
Dat Triodos geen gewone bank is, daar is Bierman nu heel blij mee. ‘We zijn geheel gefinancierd met spaargeld. Dat komt harder binnen dan ooit.’ De financier van grote wind- en zonne-energieprojecten, hoeft daarom zijn hand niet bij andere banken op te houden. En dat is met de zo goed als bevroren kredietmarkt een grote luxe.
Bron: Het Belang van Limburg & DePers

Snelle groei zonne-energie zorgt voor nieuwe marktleiders

De groei van fotovoltaische producten in alle hoeken van de wereld heeft volgens Nomura Securities gezorgd voor een complete herschikking van de tien grootste organisaties in de sector. Oude Japanse marktleiders verdwenen uit de top, al wisten vier Aziatische producenten zich te handhaven in de top 10. Het snelgroeiende Q-Cells AG uit Duitsland groeide in 2007 uit tot de grootste zonnecelproducent van de wereld, met een productie van bijna 400 Megawatt (MW). Het grootste bedrijf van de afgelopen jaren, Sharp, zag de productie dalen tot ongeveer 370 MW. Sharp gaf hiervoor de schuld aan de beschikbaarheid van silicium. Suntech kwam dichtbij de leiders met meer dan 300 MW aan geproduceerde capaciteit en verdreef Kyocera en haar 200 MW naar een verre vierde plek. Vier nieuwe organisaties denderden de top 10 binnen. CdTe-cellenproducent First Solar kwam binnen op de vijfde plek, de enige organisatie uit de Verenigde Staten en de enige producent van dunne film in de list. Aziatische spelers Motech Industries (Taiwan), Yingli Green Energy (China), and JA Solar Holdings (China/Australia) completteerden de lijst en duwden daarmee langgedienden zoals Mitsubishi Electric, Schott AG en BP Solar uit de top 10. Nomura merkte tevens op dat het marktaandeel van de Japanse organisaties van 50% een paar jaar geleden gedaald is tot 20% en dat dit makkelijk zou kunnen dalen tot 15% als de rest van de wereld zo snel de productie van zonnecellen blijft verhogen. De Japanse producenten zijn echter niet van plan stil te blijven zitten en willen de productiecapaciteit ook flink verhogen (Sharp en Showa Shell Solar KK op Gigawatt schaal) en daarnaast te mikken op nieuwe technologien waarvan ze zeggen dat deze de efficientie flink zullen verhogen. "De volgende twee jaar zal de winnaars aanwijzen," aldus Michio Kondo van het AIST Research Center for Photovoltaics. "De latere toetreders zullen niet meer in staat zijn de achterstand in schaalvoordelen en onderzoek in technologie in kunnen halen. Over een jaar is het te laat." De strategie van Sharp om volgend jaar weer de grootste te zijn is een grote stap voorwaarts in zowel productiecapaciteit van kristalline en in dunne film cellen. Daarnaast wil de organisatie een expansie in de hele waardeketen van de zonnecel, om zodoende de delen die het meeste waarde toevoegen binnen de organisatie te houden. Volgens Tetsuro Muramatsu, hoofd van Sharps zonnesystemen groep, plant Sharp een capaciteit van 1 Gigawatt voor kristalline cellen en nog eens 1 Gigawatt voor dunne film cellen in 2010. Schaalvoordelen moeten zorgen voor kostenreductie, waardoor zonnecellen dan nog maar $0.21 per kWh zullen kosten.
Een andere organisatie die zo snel mogelijk de 1 GW mijlpaal wil behalen is Showa Shell Solar, ook al maakt het bedrijf op dit moment nog maar 20 MW per jaar (CIS dunne film cellen). Een tweede fabriek zal de toale capaciteit volgend jaar naar 60 MW brengen en een veel grotere fabriek moet de productie vergroten naar 1 GW in 2011. Daarnaast zal de efficientie met ongeveer 10 tot 12% toenemen. Volgens planningdirecteur Yuichi Kuroda zullen de schaalvoordelen lagere productiekosten en fabriekskosten met zich meebrengen. "Onze concurrenten gaan ook richting de 1 GW fabrieken en als we niet sneller zijn dan verliezen de we race." Showa Shell heeft tot nu toe kunnen vertrouwen op materiaal dat het zelf heeft ontworpen, maar om de ontwikkeling te versnellen en betere efficientie te bereiken heeft het de handen ineen geslagen en is een samenwerkingsverband aangegaan met Ulvac. Organisaties die meehelpen aan de snelle groei in capaciteit zijn nieuwe spelers die nieuwe productielijnen kopen van Applied Materials, Oerlikon Balzers of Ulvac. Applied meldde in juni dat het contracten had lopen voor 1.7 GW aan capaciteit van in totaal 10 verschillende klanten. Yoshio Sunaga, Sr. Managing Direcotr van Ulvac zei dat de organisatie orders heeft liggen voor 217,5 MW van NexPower Technology, Sunner Solar, China Solar Power en nog een Chinese en een Koreaanse klant, die samen uitbreidingen van ongeveer 650 MW gepland hebben. Ulvac is bezig uit te breiden richting Europa, India en het Midden-Oosten. Sunaga zegt dat Ulvac genoeg capaciteit heeft om 600 MW/year aan machines te produceren in haar fabriek in Tohoku.
De vraag is echter hoe een organisatie zich op de lange termijn kan onderscheiden van zijn concurrenten als het dezelfde machines en productielijn gebruikt om de zonnecellen te produceren. Bestuursvoorzitter Semi Wang zei tegen Nikkei Microdevices dat zijn bedrijf van plan was om zelf de productielijnen te optimaliseren en zo in de kosten te snijden. Kaneka's Mikio Hatta (Managing Executive Officer) vraagt zich af hoe producenten die cellen met 6 a 7% rendement kunnen concurreren met de efficientie van 10 tot 11% die van de eigen zonnecellijn komen rollen.
Andere grote spelers zoals Sanyo Electric, Kyocera, Mitsubishi Electric, Kaneka en Mitsubishi Heavy Industries hebben een voorzichtigere expansiestrategie. Zij zijn van plan eerst betere technologie te ontwerpen alvorens de productielijn drastisch uit te breiden en vertrouwen voorlopig op de specialiteiten die ze zelf hebben ontwikkeld.
Kyocera en Mitsubishi Electric willen uitbreiden naar ongeveer 500 MW per jaar voor kristalline zonnecellen in 2010-2012. Ze merken hierbij op dat ze voornamelijk worden tegengehouden door de hoeveelheid silicium die ze kunnen verkrijgen in die periode. Beide organisaties zeggen dat ze geen plannen hebben om dunne film productie op te sarten in de nabije toekomst, maar beiden zijn wel bezig met onderzoek in deze hoek. Ze mikken op betere rendementen voor x-Si technologien. "Als weer goedkope silicium beschikbaar komt, en nieuwe technologien zijn klaar voor de markt....2010 en 2011 zullen cruciale jaren zijn," aldus Kuroda van Showa Shell Solar. "Organisaties die daar de slag missen zullen de aansluiting met de concurrentie ook verliezen."
Bron: RenewableEnergyAccess

Zonneverf op staal binnen drie jaar mogelijk



maandag 27 oktober 2008
Over drie jaar zouden stalen gebouwen bedekt met zonneverf een groot gedeelte van de bevolking van zonne-energie kunnen voorzien. Een commerciele samenwerking tussen onderzoekers in het Verenigd Koninkrijk en de staalindustrie willen een nieuwe fotovoltaische fabriek maken om dit mogelijk te maken. Er zijn plannen een laboratorium te bouwen in het noorden van Wales dat de fotosynthese van planten nabootst. De bouw begint eind deze maand."Als de zonnecelverf succesvol op de markt kan worden gezet, kan dit grote veranderingen brengen in de productie van elektriciteit," aldus Steve Fisher van de Corus Group, het Engels-Nederlandse staalbedrijf dat volgens berichtgeving tientallen miljoenen euro's in het nieuwe bedrijf pompt. De zonneverf is gemaakt van een verflaag en een laag van elektrolyten en kan worden opgebracht als een soort van vloeibare pasta. In totaal krijgt het staal vier lagen zonneverf: een grondlaag, een laag met zonnecellen, een laag met elektrolyten of titaniumdioxide als witte verf en als buitenste laag een beschermingslaag. De pasta wordt op het staal aangebracht tijdens het productieproces. Hierdoor worden de vier lagen van het zonnecelsysteem snel achter elkaar opgebracht.
Corus Colours produceert ongeveer 100 miljoen vierkante meter aan stalen platen per jaar. Als de totale productiecapaciteit van staal een likje zonneverf zou krijgen, zou dit bij een efficiency van ongeveer 11 procent een opbrengst van 9.000 gigawatt (GW) aan elektriciteit betekenen. Omdat de fotovoltaische verf geen beperkingen kent die de silicium zonnecellen wel hebben zou de zonneverf in de toekomst (in theorie) grote hoeveelheden energie op kunnen wekken tegen lage kosten. De nieuwe zonnecellen hebben ook het voordeel dat ze licht op kunnen nemen uit het hele zichtbare spectrum. Dit betekent dat ze op lage lichtsterkte en radiatie efficienter kunnen werken dan conventionele zonnecellen en dit is erg geschikt voor landen als Engeland en Nederland, waar het vaak bewolkt is of regent.Stephen Fisher legde uit dat Corus de fotovoltiashce fabriek mede ontwikkelt als onderdeel van haar groene beleid om CO2-uitstoot te beperken. "Alhoewel de CO2-emissies per ton staal ongeveer 50% lager zijn dan 40 jaar geleden heeft de staalindsutrie nog steeds een van de grootste uitstoten in de wereld. We investeren significante bedragen om elk jaar onze impact op het milieu kleiner te maken en onze performance boven de mimumstandaarden van de industrie te houden". Onderzoekers aan het PV Accelerator Laboratory willen een methode ontwikkelen waarmee ze ongeveer 30 tot 40 meter staal per seconden kunnen schilderen. Swansea University leidt het onderzoek samen met het Imperial College in Londen en Bangor en Bath University. Bron: Renewable Energy Acces


vrijdag 26 september 2008

Groningen op masaal op groene energie.

Noorden: 100.000 auto's op duurzame brandstof 19 september 2008 In de drie noordelijke provincies moeten in 2015 in totaal honderdduizend auto’s op schone brandstoffen rijden.Dat meldde de provincie Groningen donderdag. Het voornemen komt voort uit het energieakkoord dat het Noorden vorig jaar sloot met het Rijk. Groningen is de eerste provincie die geld beschikbaar stelt voor het project. Provinciale Staten hebben besloten de komende jaren een half miljoen te reserveren. De Provinciale Staten van de provincies Friesland en Drenthe besluiten binnenkort of en hoeveel geld ze beschikbaar stellen. Goningen wil in eerste instantie bedrijven en overheden stimuleren hun wagenpark op biobrandstoffen te laten rijden. De provincie heeft hiervoor een speciaal aanjaagteam in het leven geroepen dat deze partijen actief gaat benaderen om ze te bewegen de overstap te maken. In een later stadium wil de provincie het gebruik van biobrandstoffen ook voor particulieren aantrekkelijker maken. Eén van de mogelijke maatregelen die de provincie overweegt is het gratis parkeren voor 'schone' voertuigen.


www.transformenergy.nl

vrijdag 7 maart 2008

Brandbrief aan minister Jacqueline Cramer. Gratis LED pakket voor alle burgers.

Persbericht.


Algemeen verbod op de gloeilamp nog voor 2010 en een gratis LED pakket voor alle burgers van Nederland.
Het groene verbond Transformenergy.nl uit stad Groningen heeft op 07-03-2008 een brandbrief geschreven aan de minister van Jacqueline Cramer. Volgens het verbond Transformenergy duurt het veel te lang voordat er daadwerkelijk ook daden worden gesteld aan het verbeteren van het milieu in Nederland. Voor 2020 streeft het kabinet naar een verhoging van het aandeel duurzame energie tot 20 procent. Dit is een mooie belofte. Volgens Transformenergy moet de minister een veel hardere aanpak laten zien. Gisteren had de minister al daden kunnen stellen, maar dit gaat volgens het verbond veel te langzaam. Door het afschaffen van de gloeilamp kan er veel CO2 uitstoot bespaard worden. Ook moet de overheid de burger actief helpen bij het omschakelen naar LED verlichting. Door de burger gratis LED verlichting te verschaffen. Iedereen die in Nederland woont zou voor 2010 een gratis LED pakket moeten ontvangen vind het groene verbond Transformenergy.nl
Geachte minister Cramer,
Wij vragen u dringend aandacht voor het volgende:
Transformenergy.nl streeft voor de afschaffing van de normale gloeilamp nog voor het einde van 2010. Zoals u weet gaat dit in Australië gebeuren en zou Nederland dit voorbeeld ook moeten volgen. U zou nu kunnen inzetten op een subsidie stelsel voor de consument van nieuwe LED licht technieken. Het is in 2008 eigenlijk al onverantwoord geworden om nog gloeilampen te gebruiken. Ook zou u zich namens de overheid actiever kunnen inzetten bij het verschaffen van LED verlichting aan de burgers. Er kan gedacht worden aan een licht-pakket voor burgers met lagere inkomens. Een doos LED verlichting zodat de overstap makkelijker wordt naar een nieuw inzicht. Transformenergy.nl streeft juist voor het gebruik van LED verlichting omdat in de normale spaarlamp veel milieu belastende stoffen zitten. Het gaat hier om kwikdampen en zware metalen die in deze spaarlampen zitten. Nederland zou hierin een goed voorbeeld kunnen geven door het invoeren van LED licht. In Nederland blijkt uit onderzoeken dat veel burgers mee zouden willen doen aan het besparen van energie maar in de praktijk onvoldoende weten hoe. Het wordt de burger nog vaak erg moeilijk gemaakt deze groene producten aan te schaffen. Deze LED technologie wordt volgens Transformenergy.nl nog veel te weinig gepromoot door de overheid. Wij willen u middels deze brandbrief wijzen op het radicaal veranderen van ouderwets slechte gewoontes op energie gebied.
Begin met het licht. Nederland op LED licht.
Op de site van Transformenergy.nl vind u een overzicht van duurzame energie voor de gewone burger. Informatie en producten die kunnen helpen aan een beter gebruik van de aarde. Wij hopen dan ook van harte dat u dit wilt overdenken en vooral tot actie zult overgaan.
Met vriendelijke groet,
De leden van het groene verbond Transformenergy.nl